Johannes Laurens Geerlings

 

JOHANNES LAURENS GEERLINGS & EMELIA VAN ZONNEVELD
Door liefde op het rechte pad gekomen

Wat er precies mis gaat, is onduidelijk, maar de jonge katholieke Johannes Laurens Geerlings wordt in 1841 oneervol uit het leger ontslagen. Hij heeft tot die tijd als kanonnier bij het tweede regiment artillerie Korps Grensjagers gediend. Vooral als probleemzoeker waarschijnlijk, want zijn naam staat op een lijst van soldaten die nooit meer in dienst mogen treden. En dat terwijl zijn ouders hem voor militaire dienst hebben opgegeven.

Toch weer het leger in… en er weer uit
De geboren Rotterdammer, blond, blauwe ogen, brede neus, is dan vijfentwintig jaar en werkloos. De werkloosheid in Nederland is in die tijd hoog en zonder goede referenties is het haast onmogelijk goed werk te vinden. Drie jaar houdt hij het vol, dan wordt hij voor bedelen opgepakt en naar Veenhuizen gestuurd. Blijkbaar werkt het defensielijstje niet zo goed, want een jaar later mag hij dienst nemen in het leger in Nederlands-Indië, deel van het huidige Indonesië. Het is voor veel bedelaars een ontsnapping uit de armoede in Nederland. Maar hij zal er nooit aankomen, want al na een maand wordt hij weer ontslagen en gaat hij net zo hard weer naar Veenhuizen.

Retourtjes Veenhuizen
Net als zoveel lotgenoten is hij kansloos op de arbeidsmarkt en wordt hij een Veenhuizen-recidivist. Hij zwerft rond, op zoek naar een bestaan, totdat hij wordt opgepakt of zichzelf aangeeft omdat hij het niet meer redt: 1845 Rotterdam, 1848 Rotterdam, 1852 Arnhem, 1859 Assen.

Bij zijn vijfde verblijf in het gesticht verandert er iets in zijn leven. Hij heeft ondertussen het vak van schoenmaker geleerd, maar nog veel belangrijker is dat hij Emelia van Zonneveld ontmoet. Dat kan ook haast niet anders, want ze woont er al haar hele leven. Ze is geboren in het Tweede Gesticht, als dochter van Andries en Johanna Maria, beide ‘militair kolonist’. Dat wil zeggen dat het veteranen zijn.

Toen Johannes van den Bosch – militair in hart en nieren – Veenhuizen stichtte, wilde hij ook graag ruimte maken voor ‘zijn’ veteranen. Van den Bosch is inmiddels overleden, maar de kolonisten zitten er nog, evenals hun nageslacht.

Kolonistenleven
Emelia is 1 meter 45 lang, blond en met blauwe ogen. Het klikt enorm tussen Emelia en Johannes. Ze trouwen in het naburige Norg en krijgen drie kinderen. Emelia gaat met Johannes mee naar zijn oude woonplaats Rotterdam. Daar redden ze het niet en enkele maanden later zitten ze weer in Veenhuizen. Alle kinderen worden in het gesticht geboren, één overlijdt als dreumes. De andere kinderen, Johannes en Johanna, worden beide zeer oud. Johanna krijgt kinderen en vele nakomelingen.